Toetsingsinkomen, een term die je vaak hoort als je toeslagen aanvraagt. Maar wat betekent het eigenlijk? Simpel gezegd, het is het inkomen dat de Belastingdienst gebruikt om te berekenen hoeveel toeslag je kunt krijgen. Het omvat je bruto-inkomen, maar ook andere inkomsten zoals partneralimentatie of buitenlandse inkomsten. Klinkt ingewikkeld? Dat is het soms ook.
Het idee achter het toetsingsinkomen is dat het een eerlijk beeld geeft van wat je echt verdient in een jaar, zodat de toeslagen eerlijk verdeeld kunnen worden. De Belastingdienst kijkt naar je inkomen en dat van je partner samen. Dit bedrag wordt dan gebruikt om te bepalen of je in aanmerking komt voor toeslagen zoals kinderopvangtoeslag, huurtoeslag, zorgtoeslag, enzovoort. Het is dus best belangrijk om dit goed op een rijtje te hebben.
Belangrijk om te weten is dat het toetsingsinkomen iets anders is dan je belastbaar inkomen. Het belastbaar inkomen is namelijk wat er overblijft nadat er allerlei aftrekposten vanaf zijn gehaald, zoals hypotheekrenteaftrek of reiskosten voor openbaar vervoer. Dus ja, die kleine verschillen kunnen grote gevolgen hebben voor hoeveel toeslag je uiteindelijk krijgt.
Hoe beïnvloedt jouw toetsingsinkomen de kinderopvangtoeslag
Nu je weet wat toetsingsinkomen is, is de volgende vraag natuurlijk: hoe beïnvloedt dit mijn kinderopvangtoeslag? De hoogte van de kinderopvangtoeslag hangt sterk af van je toetsingsinkomen kinderopvangtoeslag. Hoe hoger je inkomen, hoe minder toeslag je krijgt. Het systeem werkt met inkomensschijven en percentages die bepalen hoeveel procent van de kinderopvangkosten je terugkrijgt.
Stel dat je toetsingsinkomen onder een bepaalde grens valt, dan krijg je een hoger percentage terugbetaald. Val je boven die grens, dan krijg je minder terug. Dat klinkt logisch, toch? Maar er zijn veel inkomensgrenzen en percentages waarmee rekening gehouden moet worden. Het kan zelfs zo zijn dat een kleine stijging in je inkomen zorgt voor een flinke daling in de toeslag die je ontvangt.
Het is dus cruciaal om een goed overzicht te hebben van jouw financiële situatie. Want ja, elke euro telt als het gaat om kinderopvangtoeslag. Vooral als je meerdere kinderen hebt die naar de opvang gaan. De Belastingdienst heeft handige tools op hun website waar je kunt zien hoeveel toeslag je ongeveer kunt verwachten op basis van jouw toetsingsinkomen.
Toeslagpercentages en inkomensgrenzen
De percentages en inkomensgrenzen veranderen elk jaar en worden vastgesteld door de overheid. Voor 2025 zijn er weer nieuwe grenzen en percentages aangekondigd. Dit betekent dat wat je dit jaar aan toeslag ontvangt, volgend jaar anders kan zijn, zelfs als je inkomen hetzelfde blijft. Houd hier rekening mee bij het maken van financiële plannen voor de toekomst.
Bijvoorbeeld, als jouw toetsingsinkomen onder de €20.000 valt, kun je tot wel 96% van de kosten terugkrijgen. Maar zodra je boven de €50.000 komt, daalt dit percentage aanzienlijk. Daarom is het slim om elk jaar even te checken of je nog in dezelfde inkomenscategorie valt en of er wijzigingen zijn die invloed kunnen hebben op jouw toeslag.
Handige tips om je toetsingsinkomen te berekenen
Het berekenen van je toetsingsinkomen kan best een klus zijn, maar er zijn gelukkig hulpmiddelen die dit eenvoudiger maken. Een goede start is om gebruik te maken van de rekentools op de website van de Belastingdienst. Deze tools vragen naar jouw bruto-inkomsten en andere relevante gegevens en geven een schatting van je toetsingsinkomen.
Daarnaast is het raadzaam om een overzicht bij te houden van al jouw inkomstenbronnen. Denk hierbij aan salarisstroken, bonussen, vakantiegeld, partneralimentatie en eventuele buitenlandse inkomsten. Hoe completer dit overzicht, hoe nauwkeuriger jouw toetsingsinkomen berekend kan worden.
Een andere tip is om regelmatig (bijvoorbeeld elk kwartaal) te controleren of er wijzigingen zijn in jouw financiële situatie die invloed kunnen hebben op het toetsingsinkomen. Zijn er bijvoorbeeld veranderingen in jouw arbeidscontract? Heb je extra inkomsten uit freelance werk? Al deze zaken kunnen ervoor zorgen dat jouw toetsingsinkomen verandert en daarmee ook de hoogte van jouw toeslagen.
Wat te doen als je inkomen verandert
Veranderingen in inkomen komen vaak voor, vooral in deze onzekere tijden waarin banen niet altijd gegarandeerd zijn. Als jouw inkomen verandert, is het belangrijk om dit zo snel mogelijk door te geven aan de Belastingdienst. Dit voorkomt dat je later voor verrassingen komt te staan zoals terugbetalingen of boetes.
Je kunt veranderingen doorgeven via ‘Mijn Toeslagen’ op de website van de Belastingdienst. Hier kun je eenvoudig wijzigingen invoeren zoals een hoger of lager salaris, een nieuwe baan of veranderingen in werkuren. Zorg ervoor dat deze informatie altijd up-to-date is om problemen te voorkomen.
Bovendien kun je bij grote veranderingen in inkomen vaak in aanmerking komen voor een herberekening van jouw toeslagen. Dit kan betekenen dat je direct meer of minder toeslag ontvangt afhankelijk van jouw nieuwe financiële situatie. Het kan ook helpen om contact op te nemen met een financieel adviseur als jouw situatie complexer wordt.